Trainingsvisie

Het uitgangspunt is de methode ‘Verheul’. Deze atletiektrainer schrapte duurwerk resoluut uit trainingen. Dat is voor een triathleet wat moeilijk. Om die reden zijn de uitgangspunten dan ook:

Elasticiteit of reactiviteit, souplesse en economie van bewegen, tezamen met veel trainen onder de anaerobe drempel.

De visie is verwoord in een paar stellingen:

  • Trainen bestaat uit twee zaken: prikkel geven+herstel met aanpassing. Pas als er herstel met aanpassing opgetreden is, is de training volbracht.
  • ‘Herstelduurlopen’ bestaan niet. Herstellen doe je op de fiets of in het water.
  • Anaerobe tempotrainingen moeten met mate gedaan worden en alleen door ervaren atleten.
  • ‘Ontspannen’ is het sleutelwoord bij het volbrengen van het leeuwendeel van de trainingen.
  • Snelheid trainen moet voor het grootste deel niet snel trainen, maar ontspannen trainen zijn.
  • Door teveel duurwerk verpest u de elastische werking van de spieren.
  • De beste verzuringtraining is een wedstrijd!
  • Als u teveel pijn en stress in de training lijdt, dan kunt u uiteindelijk minder pijn en stress in de wedstrijd verdragen.
  • De gemiddelde atleet kan in het algemeen maar één zware inspanning in de week aan.
  • ‘Train to fight’ en niet ‘train to train’.
  • Train dragend wat afstand betreft en specifiek.
  • De clubtrainingen zijn in principe dragend voor de OD (1500m-10km-40km).
  • Stress op je werk of thuis is een extra training.
  • De maximale trainingsweek bestaat uit 6 dagen.
  • Een trainingsblok bestaat uit 3 weken trainen en een herstelweek.
  • Goed bewegen gaat samen met een stabiliteit in de romp.
  • Grondoefeningen zijn een essentieel onderdeel van de training.
  • Techniektraining is de basis voor de beweging en zal daarom altijd een onderdeel zijn van de training.
  • Differentiatie tijdens trainingen is de meerwaarde van de trainer.
  • Sub-top of top is alleen te bereiken wanneer lichaam en geest in balans zijn.